Cardioloog

In Paramaribo, de zonnige hoofdstad van Suriname, woonde Harriette
met haar zeven jongere broertjes en zusjes. Omdat ze heel lang was
voor haar leeftijd viel ze erg op en werd ze gepest. Toen ze haar op school
vroegen wat ze later wilde worden, zei ze maar ‘dokter’, alle andere meisjes
om haar heen wilden dat namelijk ook. En ook haar vader, die politieman
was, wilde dat vroeger worden, maar daar was nooit geld voor.
Maar voor Harriette was het anders. Voordat ze het wist vertrok ze naar
Nederland om geneeskunde te studeren. Toen ze aankwam moest ze erg
wennen. Wat was het hier koud, en wat waren Nederlanders anders! Je kon
niet zomaar langskomen om mee te eten. Ze was eenzaam en miste haar
familie. Maar dit was haar kans om de beste arts van heel Nederland en
Suriname te worden. Dus besloot ze hard te werken en zich van niemand
iets aan te trekken.
Harriette schopte het ver: ze ging werken als cardioloog in Leiden.
Ze wist vooral heel veel van het vrouwenhart. Daarnaast bedacht ze een
steunhart, een mechanisch pompje dat ervoor zorgde dat harten die het
niet meer deden bleven pompen. Ook in Nederland viel ze op: een prachtige,
boomlange verschijning, een vrouw van kleur bovendien, en die
waren er toen nog niet zoveel in ziekenhuizen.
Ze inspireert niet alleen andere artsen, maar ook kinderen: ‘Ik wil de
wind onder de vleugels zijn voor kinderen die niet met een zilveren lepel
zijn geboren. Wat ik heb bereikt, kunnen zij ook bereiken, als ze hun kansen
zien en pakken.’
Geschreven door Maria Lam